• Home

Studie

Naast de (her)ontwikkeling van bedrijventerreinen en de inzet op een duurzaam beheer (en bedrijventerreinmanagement) van de bestaande zones voert Interleuven ook meer algemene onderzoeken uit. Deze dragen bij tot de ontwikkeling van een gebiedsgerichte visie voor het arrondissement of een bepaalde regio of om nieuwe inzichten op te doen m.b.t. duurzaam bedrijventerreinmanagement. Ze worden steeds opgemaakt in afstemming met onze (lokale) vennoten en moeten het beleid mee kunnen ondersteunen. Zo krijgt het huisvestingsbeleid bijvoorbeeld meer vorm als we de kenmerken of de identiteit van elk terrein en de daaruit volgend gewenste bestemming kunnen vaststellen.

Hieronder vindt u meer informatie over de resultaten van deze projecten of over het opzet van de nog lopende onderzoeken.

CIRCULER

Circulair bedrijventerrein onder de loep in project CIRCULER

Het project CIRCULER is opgestart vanuit de visie van Interleuven en haar collega-intercommunales WVI en Leiedal om de aanpak voor de ontwikkeling van een bedrijventerrein permanent te verbeteren. De lat werd in het verleden al hoog gelegd door het streven naar een duurzaam bedrijventerrein met ingrepen zoals opvang en hergebruik van hemelwater, afname van groene energie, bedrijventerreinmanagement, efficiënt ruimtegebruik, … Met dit project gaan we nog een stap verder en willen we komen tot een circulair bedrijventerrein.

Wat is circulariteit?

De circulaire economie zorgt ervoor dat we materialen en producten blijvend kunnen inzetten. Ze worden hersteld, hebben een hoge tweedehandswaarde, zijn upgradebaar, kunnen makkelijk uit elkaar worden gehaald en worden omgevormd tot nieuwe producten. De gekozen materialen zijn gerecycleerd of hebben een natuurlijke oorsprong. Ze zijn bij hun levenseinde recycleer- of afbreekbaar. Circulariteit gaat ook over een nieuwe manier van denken waarbij onder meer gesloten kringlopen, ketensamenwerking en deeleconomie aan bod komen. CIRCULER onderzoekt hoe deze principes inzetbaar zijn in de (her)ontwikkeling van een bedrijventerrein.

Aanpak

Om het concept circulair bedrijventerrein vorm te geven werd samengewerkt met de buurt, bedrijven, vooruitstrevende kennisinstellingen- en overheden met aandacht voor de verschillende aspecten van de reeds beproefde transitieaanpak. Met dit breed partnerschap werd vanuit verschillende thema’s, zijnde grondstoffen, energie, ruimte, mobiliteit, mensen en omgeving, gekeken wat een circulaire invulling zou kunnen betekenen voor een bedrijventerrein. De concepten en ideeën werden toegepast op een cluster van bedrijventerreinen in de zuidelijke rand van Leuven: de optimalisatie en uitbreiding van de bedrijventerreinen Haasrode golden als praktische toetsing voor het denkproces.

Verloop cocreatieproces

Het project startte op 27 mei 2019 met een kick-off event dat plaatsvond in het projectgebied. Bedrijven en omwonenden maakten kennis met CIRCULER op de infomarkt waar ook de partners en het begrip circulariteit in beeld werden gebracht. Tijdens twee eerste workshops werden de partners en de antennegroepen, bestaande uit vertegenwoordigers van bedrijven en de buurtbewoners, samen gebracht. Men maakte kennis met het projectgebied.  Er werd een eerste keer van gedachten gewisseld over de betekenis van ‘circulaire economie’ en nagedacht over de meerwaarde van een circulair bedrijventerrein voor zowel bewoners, bedrijven als onze samenleving Zo werd gebouwd aan een gemeenschappelijke taal. Voor het verdere verloop van het project werden ook onderzoeksvragen per thema geformuleerd en werkafspraken gemaakt.

Vervolgens werden thematische sessies georganiseerd om elk aspect van een bedrijventerrein dieper te doorgronden en te zoeken naar de circulaire insteek. Alle ideeën en acties werden gebundeld en gereviseerd tijdens een afzonderlijke workshop voor de bedrijven en een gemeenschappelijke workshop voor alle deelnemers. Deze workshops gingen in het voorjaar van 2020 online door. De experten schreven vervolgens mee aan het eindrapport, de toolbox. Aan het einde van het traject werd een evaluatiesessie georganiseerd waarin de deelnemers aanbeveling voor toekomstige participatieve projecten konden formuleren. Het resultaat werd in december 2020 voor het eerst aan een breed publiek voorgesteld via een webinar.

Resultaten

Het meest tastbare resultaat is het eindrapport waarin maar liefst 64 acties over 6 relevante thema’s werden opgenomen om aan de slag te gaan richting een circulair bedrijventerrein, de toolbox. Het rapport bevat verschillende leeswijzen, zodat de verschillende betrokken partijen er makkelijk mee aan de slag kunnen gaan. Zo is er bijvoorbeeld extra aandacht geschonken aan de fase van projectontwikkeling waarin de actie best wordt aangevat. De toolbox kan bovendien worden aangewend voor bedrijventerreinen in heel Vlaanderen of zelfs tot ver daarbuiten.

Daarnaast werd in februari 2021 ook het bijkomend onderzoek afgerond naar twee onderzoekscases in de bedrijventerreinen Haasrode, zijnde ‘het delen van faciliteiten en ondersteunende diensten’ en ‘collectief parkeren en modal shift’. Deze worden nog verder opgenomen met de betrokken stakeholders. De bedrijventerreinmanager van C-Valley Leuven gaat hier onder meer mee aan de slag.

Artikels

Experten, bedrijven en buurtbewoners ontwikkelen circulaire toolbox voor bedrijventerreinen (Susanova - 10 december 2019)

CIRCULER, samen op weg naar een circulair bedrijventerrein (VOKA Ondernemers Vlaams-Brabant - editie november 2019 - lees online blz. 50-51)

 
Het project CIRCULER wordt gerealiseerd met de steun van:

 

Eco2profit

Interleuven hecht veel belang aan de kwaliteit en duurzaamheid van haar bedrijventerreinen. Daarom stapten we in het Interregproject 'broeikasgasreductie en duurzame energie op bedrijventerreinen' oftewel Eco2Profit.

In dit project leverden we een bijdrage aan het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen op bedrijventerreinen in de grensregio Vlaanderen-Nederland. Dit gebeurde door het stimuleren van CO2-reducerende maatregelen en door invulling te geven aan het begrip CO2-neutraliteit. Dit proces resulteerde in een aantal concrete demonstratieprojecten.

Wat Interleuven doet om haar bedrijventerreinen zo duurzaam mogelijk in te richten en wat bedrijven zelf kunnen doen om de energie-efficiëntie te verhogen, leest u in de brochure 'Duurzaam ondernemen? Interleuven helpt u op weg!'.

Eco2profit kaderde tevens in de Europese doelstellingen om tegen 2020 een daling van de uitstoot van de broeikasgassen met 20% te realiseren in vergelijking met 1990. Het Europese energieverbruik moet met 20% dalen en 20% moet uit hernieuwbare energie komen (het zogenaamde 20/20/20 tegen 2020-plan). Bovendien dienen, sinds het Ministerieel Besluit van 1 oktober 2007, bedrijventerreinen waarvoor subsidies worden aangevraagd CO2-neutraal te zijn.

Naast Interleuven en POM Vlaams-Brabant namen nog 7 partners uit de grensregio Vlaanderen-Nederland deel aan dit project namelijk POM Antwerpen, POM Oost- en West-Vlaanderen, POM Limburg, OCW en LIOF, RMD en Parkmanagement. Het project liep van 31 maart 2010 tot en met 30 september 2013.

Energiezuinige openbare verlichting
In dit project bouwde Interleuven verder op de reeds opgedane kennis en ervaring in het BLISS-project (energiezuinige openbare verlichting) op andere terreinen zoals Assent (Bekkevoort) en in een aantal woonprojecten.

Interleuven heeft op de nieuwe geplande bedrijventerreinen nl. uitbreiding Nieuwland en Kop van Nieuwland (Aarschot) en Vossem (Tervuren) gekozen om duurzame verlichting op het openbare domein te installeren. Ook op het bestaande terrein De Vunt in Holsbeek en op de gemeenschappelijke parking van Kruineike in Haacht werd de verlichting vernieuwd door energiezuinigere systemen.

Thermografische luchtfoto’s
Interleuven liet in 2013 warmtefoto’s of thermografische luchtfoto’s maken van een aantal bedrijventerreinen namelijk Researchpark Haasrode in Leuven, Nieuwland en Meetshoven te Aarschot, Webbekom in Diest, Bleyveld in Hoegaarden, De Vunt te Holsbeek en Kruineike in Haacht. De warmtefoto spoort warmteverliezen via daken op. Tijdens een workshop konden de bedrijven het onderscheid zien tussen een al dan niet-geïsoleerd bedrijfsdak en of en waar zich koudebruggen bevinden.

Uitwisseling
Kennis en ervaring werd via een centraal coördinatiepunt uitgewisseld. Ook via externe workshops, start- en slotmanifestatie, publicaties en een website voor kennisuitwisseling, werd de projectinformatie aan een zo ruim mogelijk geïnteresseerd publiek voorgesteld.

Alle informatie over Eco2Profit: de verschillende projecten, de partners, de doelstellingen, ... staat op de projectsite http://eco2profit.eu.

 

Grenzeloos ondernemen stimuleren

Ruimte in Vlaanderen is schaars. Heel wat gemeenten ondervinden een nijpend tekort aan oppervlakte waar (lokale) ondernemers terecht kunnen om zich te vestigen, te herlokaliseren of uit te breiden. Interleuven merkt dat in het arrondissement de zoektocht naar een geschikte locatie voor bedrijvigheid geen gemakkelijke opdracht is. Daarom kiezen sommige gemeenten ervoor om geen ‘eigen’ bedrijventerrein te ontwikkelen, hoewel ze toch meer ruimte willen voorzien voor lokale economische activiteiten. Met dit project en het boek ‘Grenzeloos Ondernemen Stimuleren – een handleiding voor intergemeentelijke bedrijventerreinen’ reikt Interleuven de gemeenten elementen aan die de realisatie op het terrein kunnen bewerkstelligen.

In 2014 startte Interleuven, samen met verschillende partners, een onderzoeksproject, waarbij we op zoek gingen naar de mogelijkheden en randvoorwaarden van een gemeentegrensoverschrijdende aanpak voor de realisatie van bedrijventerreinen. Interleuven en collega-intercommunale WVI (West-Vlaamse Intercommunale) hebben een stappenplan en  twee praktische instrumenten ontwikkeld die gemeenten helpen bij de realisatie van een intergemeentelijke bedrijventerrein: het ruimtelijk datamodel (geoloket) en het vereveningsmodel.

In het kader van het actieplan ‘ondernemingsvriendelijke gemeente’ van het Agentschap voor Innoveren en Ondernemen werden meerdere inspirerende projecten rond het thema ‘bedrijfshuisvesting’ uitgewerkt, die inspelen op verschillende (lokale) aspecten.

Nu het onderzoeksproject is afgerond, presenteerden we de projectresultaten en het ruimtelijk datamodel op een slotevent dat plaatsvond op 22 september 2016. U kan hier de verschillende presentaties bekijken alsook een filmpje met de verschillende stappen om tot de ontwikkeling van een intergemeentelijk bedrijventerrein te komen.

Informatie slotevent 22 september 2016

Ruimte voor bedrijvigheid - Agentschap Innoveren en Ondernemen

Ruimtebehoeftepeiler - City D

Handleiding intergemeentelijke bedrijventerreinen, ruimtelijk datamodel - Interleuven

Intergemeentelijke bedrijventerreinen voor de Westhoek - WVI/Westhoekoverleg

25 jaar economisch beleid (LEWA) - Stad Zoutleeuw

Workshop ruimtelijk datamodel - Interleuven

Filmpje 'Ontwikkeling bedrijventerreinen in Oost-Brabant - nieuwe focus, intergemeentelijke aanpak'

Projectfiche Grenzeloos ondernemen stimuleren

Interessante links

Met de steun van 

Grenzeloze logistiek

'Grenzeloze Logistiek', een project uit het Europese Interreg-programma Vlaanderen-Nederland, spoort logistieke bedrijven in de vijf Vlaamse provincies en de Nederlandse provincies Zeeland, Limburg en Noord-Brabant aan om in te zetten op innovatie en verduurzaming.

Het project startte op 1 oktober 2011 en liep af op 31 december 2014. De Europese Unie financierde 'Grenzeloze Logistiek' voor 50% via het Interreg-programma Vlaanderen-Nederland en 25% cofinanciering kwam van de Vlaamse Overheid.

'Grenzeloze Logistiek' had tot doel de logistieke sector op duurzame wijze te verankeren in de grensregio Vlaanderen-Nederland. Dit gebeurde door het aanjagen en versterken van samenwerking, alsook door het demonstreren van win-win cases. Maximalisering van duurzaamheid, efficiëntie, effectiviteit, ruimtegebruik en technologische vernieuwing waren de rode draad. De casestudie van Interleuven kadert binnen de specifieke doelstelling van 'Grenzeloze Logistiek' om een efficiënt ruimtegebruik na te streven.

Casestudie Interleuven
Voor het project 'Grenzeloze Logistiek' nam Interleuven de as Leuven-Mechelen onder de loep. Deze as met de gemeenten Boortmeerbeek, Haacht, Herent, Kampenhout en Leuven wordt gekenmerkt door de Mechelsesteenweg, het kanaal Leuven-Dijle, de spoorlijn Leuven-Mechelen-Antwerpen, het specifiek economisch knooppunt van Kampenhout-Sas en de net buiten het arrondissement gelegen dryterminal in Muizen. De economische bedrijvigheid in het gebied is nog onvoldoende gestructureerd en potenties blijven onderbenut.

Een gebiedsgerichte en gemeente-overschrijdende visie moet hier een oplossing aan bieden. De studie kwam tot stand in overleg met alle betrokken (economische) actoren in de regio (bedrijven, gemeenten, provincie, Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij, NMBS, Waterwegen en Zeekanaal, …).

Resultaat: visie voor een efficiënt en duurzaam gebruik
Uitgaande van inventarisatie en analyse kwam Interleuven voor de regio Leuven-Mechelen tot een visie voor een efficiënt en duurzaam gebruik van de bedrijventerreinen, gericht op een optimalisatie van de economische activiteiten in de regio. Een belangrijk aandachtspunt hierin is uiteraard het logistieke aspect en het optimaal aanwenden van de aanwezig multimodale mogelijkheden (weg, spoor, kanaal).

"De infrastructuur op de as tussen Leuven en Mechelen vormt de motor voor lokale en regionale economische ontwikkeling, maakt synergieën, samenwerking, differentiatie en specialisatie mogelijk, is ingebed in een internationale structuur en geeft de noodzakelijke ruimte aan ondersteunende economische activiteiten voor de maatschappij en de samenleving. In relatie met andere ruimtebehoeften (wonen, recreatie, landbouw, natuur, …) wordt deze economische (vervoers)infrastructuur optimaal aangewend om zowel de multimodale overstap te maken als een identiteit toe te kennen aan de verschillende bedrijventerreinen."

Volgende standpunten zijn de vertaling van deze visie en worden aangereikt als toetsingskader voor toekomstige beleidsplannen en initiatieven:

  • De juiste activiteit op de juiste plaats
  • Het spoor inzetten aan de uiteinden van de as
  • Een economische en recreatief-landschappelijke synergie langsheen het kanaal
  • Overslagzone voor het aanliggende hinterland
  • Primaire economische voedings-as voor zijn stedelijke uiteinden
  • Lokale tewerkstellings-as
  • Naast individuele initiatieven inzetten op collectieve initiatieven voor water
  • Logistiek op maat en schaal van de regio
  • De as faciliteert een duurzame regionale ontwikkeling

Er wordt geijverd voor een mentaliteitswijziging waarbij het eigen en te enge perspectief wordt doorbroken om over verschillende diensten, sectoren en grenzen te werken aan collectieve initiatieven. Voor de ontsluiting van vrachtvervoer over het water betekent dit gemeenschappelijke kaaimuren, gegroepeerd transport, enzovoort. Dit houdt ook de verbetering in van de overgangen over het kanaal en het spoor om het wegverkeer vlotter af te wikkelen. Bestaande en lopende planningsinitiatieven dienen vanuit de gemeenschappelijke beleidsvisie te worden bijgestuurd, ontwikkelingen worden met een verhoogde aandacht voor het landschap ingekleed en voor de recreant wordt de veiligheid en het comfort van de fietspaden verhoogd. Er wordt gewerkt aan de differentiatie in het bedrijventerreinaanbod en een intergemeentelijk huisvestingsbeleid regelt de toewijzing van bedrijven naar het meest geschikte bedrijventerrein.

Overleg met diverse actoren
Deze visie voor een efficiënt en duurzaam gebruik van de bedrijventerreinen kwam tot stand in overleg en samenspraak met de diverse betrokken (economische) actoren binnen de regio (waaronder de bedrijven, gemeenten, provincies, Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij, NMBS, Waterwegen en Zeekanaal, ...).

Proefvaart met lege flesjes en bouwmaterialen
In 2014 organiseerden AB InBev en André Celis nv twee succesvolle testvaarten om hun goederenstromen te bundelen en de mogelijkheden te onderzoeken om lege bakken bier over het water te transporteren in plaats van over de weg. In een testtraject werden bierbakken per boot naar Jupille vervoerd. Op deze manier moest het schip dat al jaren bouwmaterialen van Luik naar Leuven brengt geen lege heenvaart doen. Uit onderzoek naar de resultaten van de proefvaart, uitgevoerd door de VUB in opdracht van Interleuven en POM Vlaams-Brabant, blijkt dat er 22,3 % CO2 minder wordt uitgestoten en dat de externe transportkosten dalen met 36%.

Met deze veelbelovende proefvaart hopen Interleuven en de andere partners dan ook waardevolle informatie te halen voor het (verder) optimaliseren van het transport van en naar de betrokken bedrijventerreinen. AB Inbev en André Celis hebben ondertussen besloten de samenwerking verder te zetten. Met een aantal firma’s in de Vaartzone lopen er gesprekken. Duurzaam transport wordt zo stilaan de realiteit, gestimuleerd door Interleuven en de POM Vlaams-Brabant.

Beleid
De visie moet leiden tot een goed huisvestingsbeleid in de regio, een betere begeleiding of ondersteuning van (logistieke) bedrijven en een verbeterde ruimtelijke inplanting van ondernemingen. Op langere termijn moeten de nieuwe inzichten ook mogelijkheden genereren om op een slimme manier de logistiek te organiseren en om nieuwe vormen van regie toe te passen. Het moet resulteren in een meerwaarde op verschillende domeinen namelijk economisch, ecologisch (milieuaspect door alternatieve, duurzame transportmiddelen) en leefbaarheid (mobiliteitsaspect) in het algemeen. De meerwaarde van het project Grenzeloze Logistiek wordt zichtbaar als elke projectpartner de gemeenschappelijke beleidsstandpunten onderschrijft en uitdraagt in zijn eigen acties en beleidsbeslissingen. Interleuven voedt met deze gemeenschappelijke visie de discussie over de toekomstige evolutie van deze as.

Meer weten?
Alle informatie over Grenzeloze Logistiek: de verschillende projecten, de partners, de doelstellingen, ... staat op de projectsite www.grenzelozelogistiek.be.